Vaak wordt gedacht dat de opkomst van de Aziatische hoornaar alleen imkers raakt. Inderdaad, imkers zijn vaak de eersten die deze dreiging bij hun bijenkasten opmerken en alarm slaan. Hierdoor ontstaat het misverstand dat het probleem zich beperkt tot honingbijen en hun verzorgers. Echter, de impact is veel groter. Door de expertise van imkers in het vangen van bijen en bijenkoninginnen, worden zij vaak als eerste benaderd voor hulp bij het opsporen van nesten van de Aziatische hoornaar. Gelukkig zien we dat steeds meer niet-imkers zich ook inzetten, waardoor het besef groeit dat dit probleem verder reikt dan alleen honingbijen.

Onderzoek wijst uit dat de Aziatische hoornaar zich voedt met wat beschikbaar is, waarbij ongeveer 40-60% van hun dieet uit honingbijen bestaat. De rest omvat vlinders, vliegen, zweefvliegen, sprinkhanen en solitaire bijen. Dit is waar het echte risico van de Aziatische hoornaar ligt. Terwijl imkers voor hun bijen zorgen, blijven andere insecten vaak onbeschermd. Gezien de enorme afname van insecten in de afgelopen jaren, is het cruciaal om de overgebleven populatie te beschermen. Een nest van Aziatische hoornaars vangt jaarlijks tussen de 10 en 15 kg insecten. In sommige gebieden zijn tot 10 nesten per vierkante kilometer gevonden, wat neerkomt op een potentieel verlies van 150 kg insecten per vierkante kilometer. Dit vormt een aanzienlijke bedreiging voor de biodiversiteit.

Dit probleem overstijgt het domein van imkers; het raakt de biodiversiteit in zijn geheel. Bij het Kenniscentrum Aziatische Hoornaar zijn we voortdurend op zoek naar vrijwilligers, niet alleen imkers, om ons te helpen. Het is essentieel om te begrijpen dat dit probleem veel breder is dan alleen honingbijen en dat er veel meer hulp nodig is. Wil je in de toekomst bijdragen? Neem dan gerust contact met ons op.

Categories: Blog

0 Comments

Geef een reactie

Avatar placeholder

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *